Wij bekijken het leren vanuit het proces om te leren lezen, rekenen en schrijven. Op basis van wetenschappelijke achtergrond hebben wij deze visie opgebouwd. Onze werkgroep WOL is voorstander om:

“Sneller is niet beter!”

” Te veel worden leerprogramma’s ontwikkeld vanuit de gedachte wat het kind moet worden en te weinig hoe het zich ontwikkelt! ”

– orthopedagoog Sieneke Goorhuis-Brouwer –

– een beter evenwicht te creëren tussen cognitieve en niet-cognitieve vaardigheden. Ook alle vormen van kunst (muziek, dans, drama, schilderen,…), knutselen, techniek en sociale vaardigheden zouden we meer in de verf moeten zetten. Hierbij is het belangrijk om rekening te houden met al de leervoorkeuren van het kind. Want niet elk kind leert het beste door middel van auditieve of visuele verwerking. Integendeel, kinderen leren eigenlijk het beste door alle leervoorkeuren aan te bieden, dus ook  al doende, te bewegen of zelfs al voelend en zingend. Elk kind heeft een eigen biologische ingangspoort om te leren.

– meer aandacht te schenken aan al de verschillende talenten, ook de niet cognitieve.

-de intrinsieke motivatie om te leren verhogen: leren vanuit een verwondering, allerlei ervaringen en haalbare uitdagingen en niet vanuit de extrinsieke motivatie van punten.

– van leren terug een groeiproces te maken. Waarbij het belangrijk is om te leren omgaan met frustratie, (mentale) flexibiliteit en doorzettingsvermogen. In het vrije spel en beweging  leren kinderen deze attitudes ontwikkelen. Kinderen mogen daarom niet te veel geleid worden. Zelfstandigheid is belangrijk want leren gaat niet zo maar vanzelf!

“Childhood is not a race to see how quickly a child can read, write and count. It is a small window of time to learn and develop at the pace that is right for each child. Earlier is not better!”

– Magda Gerber –

TIP: klik op “upcoming events” op de pagina “Evenementen”